Kunstbegrippen
- A
- AquarelSchildertechniek, waarbij waterverfsoorten met een goed pigment in natte toestand op papier worden verwerkt. Ook al worden meerdere kleuren over elkaar gezet, de ondergrond blijft altijd zichtbaar. Transparantie is dan ook het kenmerk van de aquarel. De kunstenaar moet vlot kunnen werken, omdat de kleuren zich het beste in natte toestand vermengen. Vandaar dat hij vaak de compositie in potlood opzet, om later in te vullen met de aquarelverf. De potloodlijnen worden achteraf uitgegumd. Bij voorkeur gebruikt de kunstenaar speciaal aquarel-papier, dat extra dik is en een wat sponzige structuur heeft. Door deze structuur kan dit papier het vele vocht absorberen dat meekomt met de verfkwast, waardoor het na het drogen niet krom trekt, zoals gladde papiersoorten wel doen. De lijnen in een aquarel zijn mede hierdoor wat grillig van karakter en zeker niet kaarsrecht, hetgeen de schoonheid van de aquarel vaak alleen maar ten goede komt. Als je goed kijkt, zie je soms kleine spatjes verf op het papier die tijdens het werkproces onbedoeld en dus heel spontaan mee gaan werken in het geheel.
© Frans Klerkx - Action painting
Action painting is een schildertechniek uit de abstract expressionistische kunst. Deze techniek was met name populair in de jaren 40 van de twintigste eeuw. De handeling zelf is bij deze vorm van kunst het uitgangspunt, het resultaat is secundair. De spontane, snelle bewegingen van de kunstenaar zijn vaak duidelijk te herkennen in het kunstwerk. De meest bekende kunstenaar die werkt met deze techniek is Jackson Pollock (1912 – 1956), maar ook Karel Appel en Willem de Kooning zijn action painters.
© Jackson Pollock - Academische kunst
De academische stijl ontstond in de negentiende eeuw in Europese kunstacademies en universiteiten. Het begrip wordt met name gebruikt in verband met de Académie des Beaux-Arts, die in 1816 in Parijs werd opgericht na samenvoeging van de Académie royale de peinture et de sculpture (1648), de Académie de musique (1669) en de Académie royale d’architecture (1671). Studenten van de academie leerden het kunstenaarschap in een strikte volgorde en naar strikte regels. Het grootste gedeelte van de opleiding mochten de studenten alleen tekenen, pas aan het eind van de opleiding kwam het schilderen aan bod. De studenten leerden te kijken naar oude meesters en kopieerden de klassieke werken uit de Oudheid. Deze klassieke, realistische vormentaal is terug te zien in kunstwerken van de academische stijl.
© Michel-Martin Drolling - AquagravureDe term Aquagravure komt oorspronkelijk van de schrijver en kunstcriticus Marcel Paquet en wordt gebruikt om een zeer uitgebreide kunsttechniek te benoemen. Bij deze techniek wordt in eerste instantie van houten platen een gietvorm gemaakt. In deze gietvorm wordt door de drukker een dikke laag papierpulp gelegd. Onder zeer hoge druk wordt dit vervolgens samengeperst, waarna de papierpulp dus de vorm aanneemt van de gietvorm.
Hierna wordt er door de kunstenaar kleur aangebracht op het geperste vel, deze uitvoering gaat vervolgens weer terug naar de drukker. Terug bij de drukker wordt er inkt toegevoegd en wordt er wederom papierpulp in de gietvorm gegoten. Dit keer wordt er echter naast reliëf ook kleur gedrukt.
Hierna wordt de definitieve aquagravure te drogen gelegd, tijdens het drogen wordt hij dagelijks gecontroleerd en zo nodig bijgewerkt.
Na dit langdurige proces en na het toepassen van deze ingewikkelde techniek is er sprake van een indrukwekkend resultaat. Deze ingewikkelde techniek stelt de kunstenaar namelijk in staat om een derde dimensie diepte toe te voegen aan zijn kunstwerken. Doordat het proces complex en tijdrovend genoemd mag worden, wordt de techniek maar zelden toegepast. Oplages zijn dan ook vrijwel altijd beperkt en zijn hierdoor vaak collectors-items.
© Clemens Briels
- AquarelSchildertechniek, waarbij waterverfsoorten met een goed pigment in natte toestand op papier worden verwerkt. Ook al worden meerdere kleuren over elkaar gezet, de ondergrond blijft altijd zichtbaar. Transparantie is dan ook het kenmerk van de aquarel. De kunstenaar moet vlot kunnen werken, omdat de kleuren zich het beste in natte toestand vermengen. Vandaar dat hij vaak de compositie in potlood opzet, om later in te vullen met de aquarelverf. De potloodlijnen worden achteraf uitgegumd. Bij voorkeur gebruikt de kunstenaar speciaal aquarel-papier, dat extra dik is en een wat sponzige structuur heeft. Door deze structuur kan dit papier het vele vocht absorberen dat meekomt met de verfkwast, waardoor het na het drogen niet krom trekt, zoals gladde papiersoorten wel doen. De lijnen in een aquarel zijn mede hierdoor wat grillig van karakter en zeker niet kaarsrecht, hetgeen de schoonheid van de aquarel vaak alleen maar ten goede komt. Als je goed kijkt, zie je soms kleine spatjes verf op het papier die tijdens het werkproces onbedoeld en dus heel spontaan mee gaan werken in het geheel.
- B
- Bauhaus
Het Bauhaus was een hogeschool voor vormgeving, opgericht door Walter Gropius in 1919 in Duitsland. In het Bauhaus waren beeldende kunst, ambacht en architectuur samengebracht. Er werd lesgegeven in veel uiteenlopende technieken, zoals houtbewerking, boekbinden, keramiek en muurschilderkunst. De school omarmde moderne technieken en stond open voor industriële productie. Het Bauhaus is een goed voorbeeld van de internationale stijl die destijds heerste; efficiënt, strak van lijn, eenvoudig van vorm, maar bovenal functioneel.
© László Moholy-Nagy - Beeldende kunstBeeldende kunst is de vorm van kunst waarbij het beeldende, de afbeelding, voorop staat. Het kan om een ruimtelijk object gaan zoals een beeldhouwwerk of om een afbeelding op een plat vlak zoals een foto of een schilderij. In het Engels noemt men dit ‘visual arts’. Vormen van beeldende kunst zijn onder meer: - beeldhouwkunst - film - fotografie - schilderkunst – textiel. Later in de 20e eeuw ontstonden nieuwe vormen van beeldende kunst zoals digitale kunst, videokunst en performance. Hierbij werden in toenemende mate kruisbestuivingen aangegaan met andere kunstdisciplines als techniek en muziek.
© Claudy Jongstra - BurijnEen handgereedschap dat wordt gebruikt voor het graveren. Het gereedschap heeft een V- of U-vormig gebogen gutsje dat in een handvat is gezet. De burijn wordt gebruikt om lijnen te snijden in een plaat, zodat er een reliëf ontstaat. Bij een gravure wordt er inkt in de lijnen gewreven, die vervolgens worden afgedrukt.
© Museum Rotterdam - Brons gietenBrons gieten is een techniek binnen het beeldhouwen waarmee beelden in brons gegoten worden. Er zijn binnen het brons gieten vele verschillende soorten methoden en werkwijzen mogelijk om een beeld te maken. Brons zelf is een legering van onder andere koper en tin, en is hierdoor vrij hard en smeltbaar. De textuur van het metaal zorgt ervoor dat het brons de perfecte basis vormt om beelden mee te gieten.
Binnen de techniek van het brons gieten zijn de twee bekendste methoden de verloren-was-methode en de zandgiet methode. De verloren-was-methode wordt ook wel bij zijn Franse benaming, Cire Perdue, genoemd. De zandgiet methode staat bekend om het toepassen van Brusselse aarde als gietvorm.
© Lorenzo Ghiberti
- Bauhaus
- C
- Collodion
Vaak wordt er vergeten dat er ook nog de analoge fotografie bestaat. De meeste mensen denken dan aan film of rolfilm, maar de eerste stappen van de analoge fotografie werden gezet door middel van glasplaten of gelakte metalen platen. Een van deze vroege processen is het wet plate collodion procédé, dat momenteel een renaissance beleeft. Een vorm van fotografie welke met geen enkele andere vorm te vergelijken is. De foto’s tonen een ongelooflijk mooi detail en een warme toonschaal. Het gaat hier om moeilijk verkrijgbare materialen of apparatuur, en informatie is maar spaarzaam beschikbaar. Je werkt met diverse chemicaliën en dan is wel belangrijk om van te voren te weten wat je wel en niet moet doen.
© Robert Szabo Photography - Constructivisme Het constructivisme is een kunstvorm die populair was tijdens de periode tussen 1919 en 1934. De belangrijkste wortels van deze kunstvorm lagen voornamelijk in Rusland. Kenmerkend voor het constructivisme was de toepassing van quasi mathematische principes, die de kunstenaars gebruikten om geometrische vormen te scheppen. Schilderen was voor constructivisten in de eerste plaats dus een objectieve studie. Deze objectieve studie zou bekend worden als een streven naar duidelijkheid en exactheid en zette zich fel af tegen subjectief individualisme.
© Ralph Balson - Clair-obscur
Ook wel chiaroscuro genoemd, wat licht-donker in het Italiaans betekent. Clair-obscur is een techniek uit de schilderkunst, film en fotografie waarbij het contrast tussen licht en donker sterker wordt weergegeven dan in het echt het geval is. In het werk van Rembrandt is deze techniek duidelijk zichtbaar. Zijn lichtpartijen steken fel af tegen de donkere partijen op zijn schilderijen. Er zijn weinig middentonen gebruikt. Ook het werk van Jeroen Passchier is een goed voorbeeld van clair-obscur.
© Rembrandt van Rijn, Mauritshuis - CollageCollage is een kunstvorm waarbij gebruik wordt gemaakt van meerdere materialen die op een ondergrond, zoals schildersdoek, worden geplakt. Dit kunnen bijvoorbeeld knipsels uit tijdschriften en kranten zijn, maar ook foto’s, tekeningen, of gescheurde stukken papier of karton. Alle beelden die in de collage zijn verwerkt, hebben een effect op elkaar. Ze kunnen elkaar aanvullen, versterken of juist verzwakken. Sommige elementen in een collage trekken meer aandacht dan andere. Hierdoor ontstaat er een gelaagdheid. Elke keer dat er naar het beeld gekeken wordt, vallen nieuwe dingen op en kan het een nieuwe betekenis krijgen.
© Stijn Mulder - Conté krijtConté is een krijtsoort dat gebruikt wordt als tekenmateriaal. Er zijn verschillende soorten conté, maar de kleuren zwart, wit, rood en sepia zijn het meest gebruikelijk. Door het harde karakter van het krijt wordt het veel gebruikt bij voorstudies en schetsen. Ook wordt conté, dat mat van kleur is, gebruikt om diepzwarte vlakken in te vullen.
© Anton Heyboer - CraqueléCraquelé is onregelmatigheid in de vorm van kleine (haar)scheurtjes in het oppervlak van materialen, zoals de scheurtjes die te zien zijn in de verf van een oud schilderij. In de loop der jaren verliest verf en vernis haar elasticiteit. De verschillen in temperatuur en vochtigheid van de ruimte waarin het kunstwerk zich bevindt, zorgen ervoor dat er rek en krimp optreedt in de materialen. Door de vermindering van elasticiteit kan de verf niet meer meebewegen en kunnen er kleine scheurtjes en barstjes ontstaan.
© Johannes Vermeer, Mauritshuis
- Collodion
- D
- DigitaalDigitale kunst is een vorm van kunst die digitaal geproduceerd is en waarbij de computer een belangrijke rol speelt. Digitale kunst wordt ook wel interactieve kunst, multimediakunst of mediakunst genoemd. De voorstelling wordt in een teken- of schilderprogramma op het scherm gemaakt en uitgegeven op papier, als video of zelfs uitgeprint met behulp van een 3-dimensionale printer. Digitale kunst kan ook werk zijn dat geproduceerd is om met digitale apparatuur te bekijken, zoals webkunst en kan tevens een digitaal geproduceerde reproductie van een al bestaand kunstwerk zijn. Een digitale reproductie van een origineel kunstwerk wordt niet beschouwd als originele digitale kunst. Digitale kunst die geproduceerd is door middel van een teken- of schilderprogramma op de computer, een computerprent (C-print), wordt wel als een origineel beschouwd. Dit mits het geproduceerd is onder dezelfde strikte voorwaarden als traditionele grafiek. Dus de kunstenaar mag het werk uit een bepaalde serie niet meer bijdrukken als de editie van het werk volledig gedrukt is. Voorbeelden van digitale kunstenaars zijn: - David Hockney - Lieve Blancquaert - Martin Sjardijn - Peter Struycken. Een bekend voorbeeld van een lopend online (digitaal) kunstwerk is ‘Communimage’ van Calc en Johannes Gees. Zij zijn dit concept in 1999 gestart waarbij de bezoeker zelf afbeeldingen kan plaatsen aan een steeds groeiende lappendeken van afbeeldingen.
© Nick Ervinck - DoodverfDe doodverf is een van de eerste verflagen die wordt aangebracht bij het maken van een schilderij. Eerst wordt het schildersdoek of –paneel geprepareerd met gesso. Daarna wordt de grondschildering aangebracht, meestal in bruine tinten, en daaroverheen komt de doodverf. De doodverf is een transparante laag witte verf, waar de grondschildering nog onder te zien is. Vervolgens wordt de opschildering met olieverf aangebracht. Deze volgorde van verschillende verflagen zorgt voor veel diepte en transparantie in het eindresultaat. Deze manier van schilderen was met name tot de 20ste eeuw gewoonlijk, daarna werd het minder gebruikelijk.
© Jan van Eyck - Droge naaldDroge naald is een vorm van diepdruk waarbij men door middel van fijne etsnaalden een tekening krast in een plaat. Vervolgens wordt er inkt over de plaat gewreven en voorzichtig verwijderd, zodat het alleen in de groeven blijft zitten. Het weggekraste plaatmateriaal, ook wel de ‘braam’ genoemd, hoopt zich op in de groeven en de inkt blijft hier goed aan hechten. Hierdoor wordt er een wollig, fluweelachtig effect gecreëerd.
© Rembrandt van Rijn - DiepdrukDiepdruk is een methode die gebruikt wordt in de prentkunst. Bij diepdruk worden er groeven aangebracht in een plaat, die vervolgens gevuld worden met inkt en op papier gedrukt worden. Er zijn drie verschillende vormen van diepdruk: een (koper)gravure, ets en droge naald. Het tegenovergestelde van diepdruk is hoogdruk.
© Rembrandt van Rijn
- DigitaalDigitale kunst is een vorm van kunst die digitaal geproduceerd is en waarbij de computer een belangrijke rol speelt. Digitale kunst wordt ook wel interactieve kunst, multimediakunst of mediakunst genoemd. De voorstelling wordt in een teken- of schilderprogramma op het scherm gemaakt en uitgegeven op papier, als video of zelfs uitgeprint met behulp van een 3-dimensionale printer. Digitale kunst kan ook werk zijn dat geproduceerd is om met digitale apparatuur te bekijken, zoals webkunst en kan tevens een digitaal geproduceerde reproductie van een al bestaand kunstwerk zijn. Een digitale reproductie van een origineel kunstwerk wordt niet beschouwd als originele digitale kunst. Digitale kunst die geproduceerd is door middel van een teken- of schilderprogramma op de computer, een computerprent (C-print), wordt wel als een origineel beschouwd. Dit mits het geproduceerd is onder dezelfde strikte voorwaarden als traditionele grafiek. Dus de kunstenaar mag het werk uit een bepaalde serie niet meer bijdrukken als de editie van het werk volledig gedrukt is. Voorbeelden van digitale kunstenaars zijn: - David Hockney - Lieve Blancquaert - Martin Sjardijn - Peter Struycken. Een bekend voorbeeld van een lopend online (digitaal) kunstwerk is ‘Communimage’ van Calc en Johannes Gees. Zij zijn dit concept in 1999 gestart waarbij de bezoeker zelf afbeeldingen kan plaatsen aan een steeds groeiende lappendeken van afbeeldingen.
- E
- EtsenUitbijten van een metaaloppervlak (vaak koper of zink) door een zuur. Het is een procede om tekeningen in serie te kunnen afdrukken. Het geeft een typische, herkenbare lijn die uit de etsplaat is gebeten door middel van een zuur. Hij heeft min of meer uitgebeten randen en ligt als een hoog-reliëflijn zichtbaar en voelbaar op het papier.
© Rembrandt, Rembrandt: Masters of States
- EtsenUitbijten van een metaaloppervlak (vaak koper of zink) door een zuur. Het is een procede om tekeningen in serie te kunnen afdrukken. Het geeft een typische, herkenbare lijn die uit de etsplaat is gebeten door middel van een zuur. Hij heeft min of meer uitgebeten randen en ligt als een hoog-reliëflijn zichtbaar en voelbaar op het papier.
- F
- Figuratief
Tot figuratieve kunst worden de kunstwerken gerekend waarin herkenbare onderwerpen zijn afgebeeld, zelfs wanneer deze gewijzigd, overdreven of vervormd zijn (Surrealisme). Zoals stillevens, landschappen of portretten. Abstracte kunst en non-figuratieve kunst worden vaak de tegenhangers van de figuratieve kunst genoemd. Figuratieve kunstenaars zijn bijvoorbeeld: - George Braque - Marc Chagall - Henri Matisse - Pablo Picasso. Na de Tweede Wereldoorlog ontstond er in Nederland en België een nieuwe visie op de figuratieve kunst. Deze kwam voort uit kunstenaars die afstand wilden doen van de tot dan gevestigde opvattingen omtrent figuratie en expressionisme. Deze stijl werd de nieuwe figuratie genoemd. De nieuwe figuratie is een aan de Popart verwante schilderstijl en kenmerkt zich door de interesse in de dubbelzinnige relatie tussen voorstelling en werkelijkheid. Elementen uit de populaire beeldcultuur zoals stripverhalen en reclames en citaten uit de (kunst)geschiedenis worden vaak gebruikt als onderwerp. Vanaf ongeveer 1980 ontstond het Neo-Expressionisme, een nieuwe wereldwijde opleving van de figuratieve schilderkunst. De Neo-Expressionisten zetten zich af tegen het conceptualisme en minimalisme van de jaren zestig en zeventig en breken met de filosofie van de modernisten. Sinds het Neo-Expressionisme is de figuratieve kunst niet meer weg te denken uit de hedendaagse beeldende kunst. Bekende Neo -Expressionisten zijn bijvoorbeeld David Salle, Julian Schnabel en Georg Baselitz.
© Henk Helmantel, Galerie ArtVera's Geneve - FrescoEen fresco is een muurschildering of een plafondschildering, waarbij de verf direct wordt aangebracht op de nog natte kalk. Dit heeft als resultaat dat na het drogen van de kalk, de aangebracht verf en kalk een geheel vormen. De term fresco komt voort uit de Italiaanse uitdrukking ‘buon fresco’ wat vertaald naar het Nederlands ‘goed vers’ betekent. Deze term wordt zowel gebruikt voor de muur of plafondschilderingen zelf, als voor de techniek waarbij de schildering wordt aangebracht.
De precieze techniek werd in de 15e eeuw door Cennino Cennini omschreven aan de hand van de volgende stappen. Stap 1 noemde hij ‘arrico’, hierbij wordt een muur bedekt met een ruwe pleisterlaag waarop met houtskool een schets kon worden gemaakt. Stap 2 volgde na het aanbrengen van de houtskool schets, de schets wordt hierna namelijk overgeschilderd met okerverf, vermengd met het roodbruine pigment sinopia. Stap 3 bestond uit het bedekken van de sinopia met een dunne, gladde pleisterlaag, genaamd de intonaco. Na deze stappen kon het fresco zelf door de schilder definitief worden geschilderd.
© Michelangelo Buonarroti - FuturismeHet futurisme is een kunststroming die zijn oorsprong vindt in Italië tussen 1909 en 1919. Het is een beweging die voortkwam uit het kubisme en daar op door bleef bouwen. Kenmerkend voor het futurisme is het gebruik van snelheid, energie, agressie, krachtige lijnen en vooruitgang door nieuwe technologie. Samen met het Nationalisme verspreidde deze stroming zich snel onder intellectuele en artistieke kringen binnen Europa aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog. Deze beweging kende een korte bloeiperiode, want na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog viel het futurisme vrij snel uit elkaar.
© Giacomo Balla
- Figuratief
- G
- GouacheEen gouache is een met dekkende waterverf gemaakt kunstwerk waarbij de ondergrond niet meer zichtbaar is, dit in tegenstelling tot een aquarel. Ook de gebruikte verfsoort wordt met "gouache" aangeduid. Deze verfsoort wordt ook wel plakkaatverf genoemd. Oorspronkelijk waren gouache en plakkaatverf twee van elkaar verschillende technieken, maar tegenwoordig zijn ze in betekenis samengevallen. Gouache wordt meestal alleen op papier gebruikt, omdat hij niet goed hecht op andere ondergronden. Deze verf droogt snel in vergelijking met olieverfwerk of aquarel en vergt dus trefzekerheid van de kunstenaar.
© Tomasz Cichowski - GessoGesso is een krijtondergrond die gebruikt wordt om het schildersdoek of paneel te prepareren voordat het beschilderd wordt. De gesso wordt in verschillende lagen aangebracht. Tussen elke laag wordt het oppervlak glad en egaal gemaakt door het licht op te schuren. De gesso zorgt dat de verf niet in het doek trekt maar er bovenop blijft liggen.
© Lost painters - GravureEen gravure is een vorm van diepdruk waarbij de afbeelding in een metalen plaat is gekrast. Deze techniek lijkt erg op droge naald, maar bij een gravure wordt de plaat vaak eerst ingesmeerd met (bijen)was en worden de bramen verwijderd. Vanwege de hardheid van de metalen plaat is een gravure vaak iets hoekiger en grafischer dan een ets, wat ook een vorm van diepdruk is, omdat de kunstenaar veel moeite moet doen om de afbeelding in de plaat te graveren en niet soepel kan krassen.
© Hendrick Goltzius
- GouacheEen gouache is een met dekkende waterverf gemaakt kunstwerk waarbij de ondergrond niet meer zichtbaar is, dit in tegenstelling tot een aquarel. Ook de gebruikte verfsoort wordt met "gouache" aangeduid. Deze verfsoort wordt ook wel plakkaatverf genoemd. Oorspronkelijk waren gouache en plakkaatverf twee van elkaar verschillende technieken, maar tegenwoordig zijn ze in betekenis samengevallen. Gouache wordt meestal alleen op papier gebruikt, omdat hij niet goed hecht op andere ondergronden. Deze verf droogt snel in vergelijking met olieverfwerk of aquarel en vergt dus trefzekerheid van de kunstenaar.
- H
- HedendaagsHedendaagse kunst is alle beeldende kunst die ‘nu’ gemaakt wordt. Hedendaagse, ofwel contemporary kunstwordt tentoongesteld in musea en op kunstbeurzen, zoals de Biennale van Venetie. Ook galeries en kunstenaarsinitiatieven houden zich bezig met de presentatie ervan. Veel hedendaagse kunstenaars zijn erin geïnteresseerd de kijker conceptueel bij hun kunst te betrekken. Het gaat dan bijvoorbeeld over de vraag hoe het is om in deze wereld te leven. De talloze linken met de wereld om ons heen en toenemende globalisering, vormen een belangrijke bron van inspiratie. Door de kennis van de kunstgeschiedenis en het immense aanbod van materialen en gereedschappen zijn kunstenaars in staat veel keuzes te maken over hoe hun creatie eruit gaat zien. Uiteindelijk maken kunstenaars vaak een keuze voor een medium of materiaal op basis van het idee dat zij willen uitdrukken. In de kunstbeschouwing wordt de recente kunst vanaf de jaren 1960/1970 meestal hedendaagse kunst genoemd. De beeldende kunst van voor die periode wordt moderne kunst genoemd, maar aangezien de scheidingslijn niet absoluut is, vallen veel kunstenaars in beide categorieën. Hedendaagse kunstenaars zijn bijvoorbeeld: - Francis Bacon - Jeff Wall - Andy Warhol - Banksy - Richard Deacon - Ai Weiwei. In de hedendaagse kunst is het moeilijker om nog duidelijke kunststromingen te onderscheiden die zo karakteristiek waren voor de moderne kunst. Het bijzondere aan hedendaagse kunst is dan weer dat het mogelijk is om de kunstenaar persoonlijk te ontmoeten, te volgen en zijn/haar visie op het eigen werk te horen in plaats van een latere interpretatie daarvan.
© Art Base 2014l, Art e-zine - HoogdrukHoogdruk is een methode die gebruikt wordt in de drukkunst. Bij hoogdruk wordt alles wat niet gedrukt moet worden, weggehaald. De hoog gelegen oppervlakten worden ingesmeerd met inkt en vervolgens afgedrukt, zoals bij de houtsnede. De tegenhanger van hoogdruk is diepdruk.
© Lucas Cranach, Rijksmuseum - HoutsnedeEen houtsnede (of xylografie) is een vorm van hoogdruk. Bij een houtsnede werkt de kunstenaar als het ware in ‘negatief’ en haalt alles dat niet op de afdruk moet blijven staan weg. Bij het maken van een houtsnede doorloopt de kunstenaar verschillende stappen. Eerst wordt de ontwerptekening gemaakt, die vaak verloren gaat in het proces. De tekening kan op twee manieren overgebracht worden op het blok hout. De eerste manier is door de tekening op het blok hout te lijmen. De kunstenaar snijdt vervolgens de afbeelding door de tekening heen in het blok. De tweede manier wordt ‘calqueren’ genoemd. De achterkant van de tekening wordt daarbij volledig ingesmeerd met houtskool, en vervolgens wordt deze op het houtblok gelegd. Met een scherp voorwerp wordt de tekening overgetrokken, waarbij het houtskool lijntjes achterlaat op het blok hout. Met schuine sneden wordt het hout weggesneden, zodat er v-gleuven ontstaan. Vervolgens wordt er inkt getamponneerd over het houtblok. De inkt raakt alleen de hoger gelegen delen, dit is het omgekeerde van diepdruk. Met een goede kwaliteit hout, zoals vruchtenhout, kunnen soms wel drie duizend afdrukken gemaakt worden.
© Albrecht Dürer
- HedendaagsHedendaagse kunst is alle beeldende kunst die ‘nu’ gemaakt wordt. Hedendaagse, ofwel contemporary kunstwordt tentoongesteld in musea en op kunstbeurzen, zoals de Biennale van Venetie. Ook galeries en kunstenaarsinitiatieven houden zich bezig met de presentatie ervan. Veel hedendaagse kunstenaars zijn erin geïnteresseerd de kijker conceptueel bij hun kunst te betrekken. Het gaat dan bijvoorbeeld over de vraag hoe het is om in deze wereld te leven. De talloze linken met de wereld om ons heen en toenemende globalisering, vormen een belangrijke bron van inspiratie. Door de kennis van de kunstgeschiedenis en het immense aanbod van materialen en gereedschappen zijn kunstenaars in staat veel keuzes te maken over hoe hun creatie eruit gaat zien. Uiteindelijk maken kunstenaars vaak een keuze voor een medium of materiaal op basis van het idee dat zij willen uitdrukken. In de kunstbeschouwing wordt de recente kunst vanaf de jaren 1960/1970 meestal hedendaagse kunst genoemd. De beeldende kunst van voor die periode wordt moderne kunst genoemd, maar aangezien de scheidingslijn niet absoluut is, vallen veel kunstenaars in beide categorieën. Hedendaagse kunstenaars zijn bijvoorbeeld: - Francis Bacon - Jeff Wall - Andy Warhol - Banksy - Richard Deacon - Ai Weiwei. In de hedendaagse kunst is het moeilijker om nog duidelijke kunststromingen te onderscheiden die zo karakteristiek waren voor de moderne kunst. Het bijzondere aan hedendaagse kunst is dan weer dat het mogelijk is om de kunstenaar persoonlijk te ontmoeten, te volgen en zijn/haar visie op het eigen werk te horen in plaats van een latere interpretatie daarvan.
- I
- IkoonEen religieus schilderij op een houten paneel. Komt met name voor in de Oosterse kerken. Bevat was voor de kleurpigmenten.
© Meester van Badia a Isola, Rijksmuseum - ImpastoImpasto is een schildertechniek waarbij de verf dik wordt aangebracht op het doek of paneel. De onregelmatige structuur van de verf werpt schaduwen op het schilderij en zorgt zo voor meer diepte, waardoor zeer realistische effecten bereikt kunnen worden. De techniek wordt vaak toegepast bij het schilderen van sieraden of stoffen, zoals in het werk van Rembrandt.
© Rembrandt van Rijn, Rijksmuseum
- IkoonEen religieus schilderij op een houten paneel. Komt met name voor in de Oosterse kerken. Bevat was voor de kleurpigmenten.
- J
- JugendstilOok wel Art Nouveau genoemd. Een zeer ambachtelijke stijl omstreeks 1900, als reactie op de stijl-imitaties voor die tijd. Kenmerkend zijn de vloeiende lijnen en organische vormen, terugkomend in de architectuur, meubels en muurdecoratie. Er is veel eerbied voor materiaal en vakmanschap, met als gevolg een herwaardering voor de glas-in-lood techniek.
© Victor Horta
- JugendstilOok wel Art Nouveau genoemd. Een zeer ambachtelijke stijl omstreeks 1900, als reactie op de stijl-imitaties voor die tijd. Kenmerkend zijn de vloeiende lijnen en organische vormen, terugkomend in de architectuur, meubels en muurdecoratie. Er is veel eerbied voor materiaal en vakmanschap, met als gevolg een herwaardering voor de glas-in-lood techniek.
- K
- KopergravureOude diepdruktechniek in de prentkunst (1446: de oudst gedateerde kopergravure). In de zachte koperplaat worden met speciale mesjes (burijnen) lijnen in het koper gegraveerd. Door meer of minder druk op de burijn uit te oefenen kan de lijnvoering zeer fijn tot zwaar zijn. Door de tegenstand van het materiaal is de lijnvoering niet geheel vrij en is de lijn typisch van vorm. We zien lijnen, die min of meer 'aalvormig' zijn. De gehanteerde burijn maakt een dunne lijn bij het begin, die wordt zwaarder in het midden van de lijn en verdicht weer bij de uittrede uit het koper. De kopergravure is in de 16e en 17e eeuw veelvuldig toegepast om origineel schilderwerk te reproduceren.
© Zijper Museum
- KopergravureOude diepdruktechniek in de prentkunst (1446: de oudst gedateerde kopergravure). In de zachte koperplaat worden met speciale mesjes (burijnen) lijnen in het koper gegraveerd. Door meer of minder druk op de burijn uit te oefenen kan de lijnvoering zeer fijn tot zwaar zijn. Door de tegenstand van het materiaal is de lijnvoering niet geheel vrij en is de lijn typisch van vorm. We zien lijnen, die min of meer 'aalvormig' zijn. De gehanteerde burijn maakt een dunne lijn bij het begin, die wordt zwaarder in het midden van de lijn en verdicht weer bij de uittrede uit het koper. De kopergravure is in de 16e en 17e eeuw veelvuldig toegepast om origineel schilderwerk te reproduceren.
- L
- LinosnedeDe linosnede, oftewel de linoleumsnede, is een specifieke techniek binnen de hoogdrukkunst. Bij deze techniek is er sprake van een afbeelding die wordt uitgesneden uit een stuk linoleum. Linoleum is een slijtvaste vloerbedekking van enkele millimeters dik. Speciaal voor kunstenaars die gebruik maken van de linosnede techniek worden er ook speciale zachtere linoleumsoorten geproduceerd.
De techniek zelf is qua uitvoering te vergelijken met de houtsnede. Bij de linosnede is het materiaal echter een stuk zachter dan bij de houtsnede, dus kunnen er vloeiendere lijnen worden gemaakt omdat het snijden in zachter materiaal een stuk makkelijker is. Ondanks deze vloeiendere lijnen is een linosnede qua tekening doorgaans wat grover dan een houtsnede. Daarnaast zijn de drukvlakken gladder en heeft een linoleum plaat geen nerftekeningen die hout wel heeft. Dit alles resulteert dan ook in het feit dat een linosnede bij uitstek geschikt is om grote vlakken en grote formaten uit te snijden.
© Twan de Vos - Lithografie
Een vaak geheel handmatig verrichte vlakdruktechniek. Er wordt een lithografische steen gebruikt, de Solnhofersteen, een kalksteensoort met erg fijne poriën, verwerkbaar in dikten van 5 tot 7 cm. Deze druktechniek wordt zowel in de 19e als 20e eeuw veelvuldig toegepast.
© Ger Lataster, About Art
- LinosnedeDe linosnede, oftewel de linoleumsnede, is een specifieke techniek binnen de hoogdrukkunst. Bij deze techniek is er sprake van een afbeelding die wordt uitgesneden uit een stuk linoleum. Linoleum is een slijtvaste vloerbedekking van enkele millimeters dik. Speciaal voor kunstenaars die gebruik maken van de linosnede techniek worden er ook speciale zachtere linoleumsoorten geproduceerd.
De techniek zelf is qua uitvoering te vergelijken met de houtsnede. Bij de linosnede is het materiaal echter een stuk zachter dan bij de houtsnede, dus kunnen er vloeiendere lijnen worden gemaakt omdat het snijden in zachter materiaal een stuk makkelijker is. Ondanks deze vloeiendere lijnen is een linosnede qua tekening doorgaans wat grover dan een houtsnede. Daarnaast zijn de drukvlakken gladder en heeft een linoleum plaat geen nerftekeningen die hout wel heeft. Dit alles resulteert dan ook in het feit dat een linosnede bij uitstek geschikt is om grote vlakken en grote formaten uit te snijden.
- M
- Mixed-mediaIn de moderne beeldhouw- en schilderkunst kan de vormgever in één werk verschillende technieken toepassen. Zo kunnen onder andere frottagetechniek (een wrijftechniek) en collage (plaktechniek) gecombineerd worden en kunnen er verschillende verf- en schildertechnieken gebruikt zijn. Verder kan er een olieverftechniek gebruikt worden waarin verschillende toevoegstoffen zijn gemengd. Ook kan ruimtelijk werk met schilderwerk gecombineerd worden. De combinatie van spuittechnieken (airbrush, spuitbus) of spat- en druptechnieken is ook bekend, al dan niet samen met bepaalde druktechnieken. In de beeldhouwkunst komt een gemende techniek voor als er assemblagetechnieken worden toegepast (schijnbaar ordeloze samenstellingen van diverse al bestaande materialen).
© Martijn Hesseling, Absolute Art Gallery - MozaïekMozaïek is een kunstvorm waarbij er een relatief grote afbeelding tot stand wordt gebracht door een enorm aantal kleine gekleurde steentjes in een vloer of wand te metselen. Als er sprake is van glas, dan kan er ook een glas in lood-mozaïek worden vervaardigd. Vooral in de Griekse en Romeinse tijd was deze techniek populair en werden in luxe villa’s veel mozaïeken geplaatst met afbeeldingen van keizers, goden en alledaagse verschijningen. Veel van deze mozaïeken zijn op diverse plaatsen in Europa teruggevonden en tot op de dag van vandaag goed bewaard gebleven.
Binnen deze techniek zijn er twee manieren waarop je een mozaïek kan vervaardigen. De eerste manier is door het ter plaatse erop te zetten en vervolgens aan te brengen op de ervoor bestemde plaats. Deze techniek vereist een enorme hoeveelheid vakmanschap en is bovendien erg inspannend, aangezien de maker voortdurend gehurkt op de grond moet zitten om alle aparte gekleurde steentjes om beurten te bevestigen. De tweede methode is de methode waarbij er een sjabloon op een stuk papier, karton of stof wordt aangebracht. De kleine steentjes worden hierna op de sjabloon gelijmd, terwijl de sjabloon zelf een spiegelbeeld weergave is van de uiteindelijke afbeelding. Het leggen van de mozaïek gebeurd daarna door de sjabloon in het cement te drukken. Dit wordt gezien als een toegankelijkere methode. Sjablonen werden met name gebruikt om sierranden of geometrische patronen aan te leggen. De Romeinen gebruikten ze vaak een combinatie van beide methoden om tot de mooiste mozaïeken te komen.
© Martelaarschap van de heilige Laurentius
- Mixed-mediaIn de moderne beeldhouw- en schilderkunst kan de vormgever in één werk verschillende technieken toepassen. Zo kunnen onder andere frottagetechniek (een wrijftechniek) en collage (plaktechniek) gecombineerd worden en kunnen er verschillende verf- en schildertechnieken gebruikt zijn. Verder kan er een olieverftechniek gebruikt worden waarin verschillende toevoegstoffen zijn gemengd. Ook kan ruimtelijk werk met schilderwerk gecombineerd worden. De combinatie van spuittechnieken (airbrush, spuitbus) of spat- en druptechnieken is ook bekend, al dan niet samen met bepaalde druktechnieken. In de beeldhouwkunst komt een gemende techniek voor als er assemblagetechnieken worden toegepast (schijnbaar ordeloze samenstellingen van diverse al bestaande materialen).
- N
- Neo-stijlenStijlvormen uit de 19e eeuw, waarbij men teruggreep op vroegere stijlen zoal Neo-Classicisme en Neo-Barok. In Nederland is omstreeks 1850 de Waterstaatstijl toonaangevend. Het ministerie van Waterstaat ontfermde zich in die tijd over de kunstzinnige vormgeving, met name de architectuur van spoorwegstations en de inrichting daarvan.
© Joanna Vasconcelos
- Neo-stijlenStijlvormen uit de 19e eeuw, waarbij men teruggreep op vroegere stijlen zoal Neo-Classicisme en Neo-Barok. In Nederland is omstreeks 1850 de Waterstaatstijl toonaangevend. Het ministerie van Waterstaat ontfermde zich in die tijd over de kunstzinnige vormgeving, met name de architectuur van spoorwegstations en de inrichting daarvan.
- O
- OlieverfEr zijn diverse soorten verf, zoals tempera-, water- en acrylverf. Bij elke verfsoort is een ander bindmiddel gebruikt. Bij olieverf is het bindmiddel vanzelfsprekend olie. Het voordeel van olieverf ten opzichte van de andere verfsoorten, is dat het relatief langzaam droogt en daardoor fijne nuances en kleurovergangen mogelijk maakt. Daarnaast heeft olieverf een mooie glans als het is opgedroogd.
© Vincent van Gogh, Musée d'Orsay, Parijs - OplageGenummerde oplage. Twee getallen, in de vorm van een breuk als onderschrift bij grafisch werk. Met de hand wordt aangegeven om welke afdruk van een genummerde oplage het gaat. Dit nummeren doet de kunstenaar zelf. Het eerste getal is het druknummer van de reeks, het tweede nummer verwijst naar de totale oplage. Bonafide kunstenaars vernietigen na een totale oplage de drukplaat of knippen deze in stukken. Kopers weten dan zeker dat de oplage gelimiteerd blijft.
© About Art - Oostindische inktOostindische inkt is een diep zwarte inktsoort die is samengesteld uit een mengsel van roet, gom en water. Het wordt vooral als tekeninkt gebruikt. Verdund met water kan de inkt in allerlei grijstinten gebruikt worden.
© Marlene Dumas, Tate Modern, Londen
- OlieverfEr zijn diverse soorten verf, zoals tempera-, water- en acrylverf. Bij elke verfsoort is een ander bindmiddel gebruikt. Bij olieverf is het bindmiddel vanzelfsprekend olie. Het voordeel van olieverf ten opzichte van de andere verfsoorten, is dat het relatief langzaam droogt en daardoor fijne nuances en kleurovergangen mogelijk maakt. Daarnaast heeft olieverf een mooie glans als het is opgedroogd.
- P
- PrimitiefDe kunstvoorwerpen die door inheemse bevolkingsgroepen en traditionele culturen met nog een levende traditie gemaakt zijn, worden aangeduid als primitieve kunst. Deze kunst is afkomstig uit Afrika, Amerika en Oceanië en is vaak onderdeel van een bepaald ritueel. Primitieve kunst is een inspiratiebron geweest voor verschillende kunststromingen, waaronder het Primitivisme. Primitieve kunst wordt tegenwoordig ook regelmatig Tribal kunst of Traditionele volkskunst genoemd. De meeste primitieve kunstvoorwerpen waren bedoeld als gebruiksvoorwerp of hadden een rituele functie. Elk voorwerp is versierd volgens een lange traditie, waarin elke afbeelding een eigen betekenis heeft. Met Primitivisme wordt niet de kunst bedoeld die is gemaakt door inheemse bevolkingsgroepen, maar de Westerse kunst die gebaseerd is op de primitieve kunst. De Westerse kunstenaars proberen hierin het spontane en het naïeve te benadrukken en terug te keren naar een tijd ver voor de moderne beschaving. Dit bereiken de kunstenaars vaak door het weglaten van het perspectief en het voorwerp abstracter te maken. De inheemse bevolking van Noord-Amerika, oftewel de indianen, maakten met name totempalen, kano’s, kleding, sieraden en potten. Bekende Indianen stammen zijn de Kwakiutl, de Sioux en de Wichita. Iets noordelijker vindt men de Eskimo’s, oftewel de Inuit. De Eskimo’s maakten sculpturen van ivoor, walvisbot, hout en zeepsteen. Vaak waren dit dierlijke figuren die de drager ervan beschermden tegen boze geesten of slechts dienden als decoratie. In de regenwouden van Brazilië, Peru en Venezuela leven nog steeds een groot aantal stammen op traditionele wijze. Hun primitieve kunstvoorwerpen bestaan vooral uit hoofdtooien, aardewerk, sieraden, weefsels en lichaamsbeschilderingen. Veel van deze stammen leven geïsoleerd van de buitenwereld. Oceanische primitieve kunst komt van de eilanden Melanesië, Polynesië en Micronesië. En ook uit Nieuw Zeeland (Maori), Papoea-Nieuw-Guinea en Paaseiland (de stenen beelden, oftewel de zogenaamde Moai). Zij staan met name bekend om hun maskers, kano’s, schilden, sculpturen en traditionele dansen. Veel houten beeldjes zijn afbeeldingen van vogels, varkens, haaien of voorouders, versierd met haar en schelpen. Deze beeldjes worden nog steeds gebruikt om geesten aan te roepen.
© Encyclopedie Universelle - PaneelMet een paneel wordt de drager van een schilderij bedoeld. Al in de 12e en 13e eeuw werd er in Italië op paneel geschilderd. Tot in de 15e eeuw is dit de meest gebruikte drager. Panelen worden gemaakt uit losse planken, om het kromtrekken van het hout zo veel mogelijk tegen te gaan. Bij het maken van een paneel werd vooral kernhout gebruikt. Dit hout is te vinden in de binnenste laag van een boomstam en is het meest harde, en daarmee kwalitatief het beste gedeelte van het hout. De planken werden aan elkaar bevestigd met behulp van (dierlijke) lijm of verbindingstukjes, waarna het paneel gladgeschuurd werd. Alleen de voorkant van het paneel werd geschuurd, tenzij het paneel aan beide kanten beschilderd zou worden.
Aan het paneel is veel informatie over het kunstwerk af te lezen. Omdat kunstenaars hun panelen vaak uit de directe omgeving haalden, is onderzoek naar de houtsoort, ouderdom en samenstelling van het paneel een goede manier om vast te stellen waar het schilderij vandaan komt en hoe oud het is.
© Jan van Eyck, The National Gallery, Londen - Pastelkrijt De techniek van pastelkrijt wordt toegepast als er een soort krijtstift wordt gebruikt om mee te tekenen. Deze techniek kan worden toegepast bij zowel pastelkrijt, oliepastelkrijt als zacht pastelkrijt. In tegenstelling tot wat de naam zou doen vermoeden, kunnen met pastel ook zeer felle kleuren verkregen worden. Met pastelkrijt kan op schilderachtige wijze worden getekend. Sommige kunstenaars die werken met pastelkrijt beschouwen hun werk daarom als een daadwerkelijk schilderij. De werken die met pastel worden gemaakt, worden officieel echter pastels genoemd.
Deze techniek was bijzonder populair in de 18e eeuw, en werd destijds met name toegepast om portretschilderingen te vervaardigen. Dit deden kunstenaars en hun leerlingen onder andere door pastelkrijten zelf te produceren. De reden van de toenmalige populariteit moet vooral gezocht worden in het frisse uiterlijk van de techniek.
De industriële productie kwam vervolgens in het midden van de 19e eeuw echter op gang en als resultaat hiervan verschenen rond 1870 de eerste assortimenten pastels verpakt in dozen. Dit zorgde voor een nieuwe herleefde populariteit van het medium.
© Maurice Quentin de la Tour - PiëzografiePiëzografie, wordt ook wel giclée genoemd; giclée is namelijk afgeleid van de Franse term ‘gicler’ dat stralen betekent. Dit sluit goed aan op de Piëzografie want dit is een druktechniek waarbij gebruik wordt gemaakt van ononderbroken inktstralen die verschillende kleurlagen op papier aanbrengen.
De Piëzografie wordt tegenwoordig echter vooral gezien als een reproductietechniek die gebruik maakt van een inkjetprinter om reproducties van kunstwerken te maken. Met deze gepigmenteerde inkten kan namelijk een kleurechtheid worden verkregen van 100 jaar of meer volgens de laatste onderzoeken. Voor het vervaardigen van een giclée moet het werk wel gedigitaliseerd worden.
© Gustav Klimt
- PrimitiefDe kunstvoorwerpen die door inheemse bevolkingsgroepen en traditionele culturen met nog een levende traditie gemaakt zijn, worden aangeduid als primitieve kunst. Deze kunst is afkomstig uit Afrika, Amerika en Oceanië en is vaak onderdeel van een bepaald ritueel. Primitieve kunst is een inspiratiebron geweest voor verschillende kunststromingen, waaronder het Primitivisme. Primitieve kunst wordt tegenwoordig ook regelmatig Tribal kunst of Traditionele volkskunst genoemd. De meeste primitieve kunstvoorwerpen waren bedoeld als gebruiksvoorwerp of hadden een rituele functie. Elk voorwerp is versierd volgens een lange traditie, waarin elke afbeelding een eigen betekenis heeft. Met Primitivisme wordt niet de kunst bedoeld die is gemaakt door inheemse bevolkingsgroepen, maar de Westerse kunst die gebaseerd is op de primitieve kunst. De Westerse kunstenaars proberen hierin het spontane en het naïeve te benadrukken en terug te keren naar een tijd ver voor de moderne beschaving. Dit bereiken de kunstenaars vaak door het weglaten van het perspectief en het voorwerp abstracter te maken. De inheemse bevolking van Noord-Amerika, oftewel de indianen, maakten met name totempalen, kano’s, kleding, sieraden en potten. Bekende Indianen stammen zijn de Kwakiutl, de Sioux en de Wichita. Iets noordelijker vindt men de Eskimo’s, oftewel de Inuit. De Eskimo’s maakten sculpturen van ivoor, walvisbot, hout en zeepsteen. Vaak waren dit dierlijke figuren die de drager ervan beschermden tegen boze geesten of slechts dienden als decoratie. In de regenwouden van Brazilië, Peru en Venezuela leven nog steeds een groot aantal stammen op traditionele wijze. Hun primitieve kunstvoorwerpen bestaan vooral uit hoofdtooien, aardewerk, sieraden, weefsels en lichaamsbeschilderingen. Veel van deze stammen leven geïsoleerd van de buitenwereld. Oceanische primitieve kunst komt van de eilanden Melanesië, Polynesië en Micronesië. En ook uit Nieuw Zeeland (Maori), Papoea-Nieuw-Guinea en Paaseiland (de stenen beelden, oftewel de zogenaamde Moai). Zij staan met name bekend om hun maskers, kano’s, schilden, sculpturen en traditionele dansen. Veel houten beeldjes zijn afbeeldingen van vogels, varkens, haaien of voorouders, versierd met haar en schelpen. Deze beeldjes worden nog steeds gebruikt om geesten aan te roepen.
- Q
- QuiltingTextieltechniek die in de 19e eeuw als abstractie kunstvorm, voornamelijk in Amerika, werd toegepast.
© Adeline Harris Sears, The Metropolitan Museum of Art
- QuiltingTextieltechniek die in de 19e eeuw als abstractie kunstvorm, voornamelijk in Amerika, werd toegepast.
- R
- ReliëfAls de omgeving rondom een motief op bijvoorbeeld een plank weggehaald is, spreken we van hoog- of haut-reliëf. We kennen ook nog een laag- of bas-reliëf en een geheel verzonken reliëf (reliëf en creux). Al duizenden jaren en nog altijd gebruiken kunstenaars een beitel, boor en vijl om uit hardsteen, marmer of hout vormen te laten verschijnen in reliëf. Materiekunst is een vorm van Abstract-Expressionisme, toegepast vanaf ongeveer 1955. Materiekunstenaars zijn kunstenaars die het materiaal waarmee ze hun werk vervaardigen centraal stellen. De materie is dan geen hulpmiddel, maar een inspiratiebron en doel van het artistieke proces. Door materialen zoals zand, zaagsel of textiel te gebruiken ontstaat een opvallende oppervlakte structuur met hoogteverschillen, het zogenaamde reliëf.
© Antoni Tapies
- ReliëfAls de omgeving rondom een motief op bijvoorbeeld een plank weggehaald is, spreken we van hoog- of haut-reliëf. We kennen ook nog een laag- of bas-reliëf en een geheel verzonken reliëf (reliëf en creux). Al duizenden jaren en nog altijd gebruiken kunstenaars een beitel, boor en vijl om uit hardsteen, marmer of hout vormen te laten verschijnen in reliëf. Materiekunst is een vorm van Abstract-Expressionisme, toegepast vanaf ongeveer 1955. Materiekunstenaars zijn kunstenaars die het materiaal waarmee ze hun werk vervaardigen centraal stellen. De materie is dan geen hulpmiddel, maar een inspiratiebron en doel van het artistieke proces. Door materialen zoals zand, zaagsel of textiel te gebruiken ontstaat een opvallende oppervlakte structuur met hoogteverschillen, het zogenaamde reliëf.
- S
- SignatuurDe naam van de kunstenaar die na voltooiing van het werk voluit, afgekort of als monogram wordt aangegeven. Vaak staat de naam rechtsonder en is tevens het jaartal van productie genoemd.
© Marcel Duchamp - SchildersdoekVanaf de 15e eeuw werd het steeds gebruikelijker om op doek te schilderen in plaats van paneel. Uit die tijd zijn niet veel schilderijen bewaard gebleven, omdat ze veel te kwetsbaar waren. Dit komt doordat kunstenaars uit die tijd de doeken vaak niet behandelden. In de loop van de 16e eeuw werden doeken steeds beter behandeld, daarom zijn er vanaf die periode meer schilderijen op doek bewaard gebleven.
Het doek, vaak linnen, wordt om een spanraam heen genaaid. Dit spanraam is een tijdelijke constructie, waar de spanning van het linnen zelf bepaald kan worden. Als het schilderij af is, wordt het op een spieraam gezet. Dit is het definitieve raam. Tegenwoordig slaan veel kunstenaars het tijdelijke spanraam over en plaatsen zij hun doek direct op het definitieve spieraam.
Kunstenaars kunnen experimenteren met de structuur van het linnen. Dit is goed zichtbaar bij kunstenaars zoals Titiaan en Rembrandt, die doeken gebruikten met verschillende weeftechnieken om verschillende effecten te bereiken.
© Fotograaf: Ivo Hoekstra. Kunstwerk: Jan Steen, Mauritshuis - SchilderstokDe schilderstok is een hulpmiddel dat vooral gebruikt wordt door fijnschilders die met olieverf werken. De stok geeft steun aan de hand waarmee geschilderd wordt, door erop te leunen. De stok kan tegen het schilderij zelf gehouden worden, als de verf droog genoeg is, of tegen de rand van het schilderij gehouden worden.
© Adriaen van Ostade, Rijksmuseum Amsterdam - Siberisch krijt
Siberisch krijt is houtskool dat op kunstmatige wijze is samengeperst. Het wordt geproduceerd in verschillende hardheden, afhankelijk van de hoeveelheid klei die wordt toegevoegd. Met Siberisch krijt kan een intens diepe zwarte kleur bereikt worden.
© Thijs Zweers, Torch Gallery - SpieraamHet spieraam is de houten constructie waarop een schildersdoek is gespannen. Dit is de definitieve constructie waarop het doek wordt bevestigd en verschilt daarom van het spanraam, wat een tijdelijke constructie is.
© Joan Miro - StrijklichtStrijklicht is licht dat schuin langs iets schijnt. Alle oneffenheden van het onderwerp worden daardoor extra geaccentueerd, waardoor een intrigerend beeld ontstaat.
© Johan van der Keuken
- SignatuurDe naam van de kunstenaar die na voltooiing van het werk voluit, afgekort of als monogram wordt aangegeven. Vaak staat de naam rechtsonder en is tevens het jaartal van productie genoemd.
- T
- Toegepaste kunstToegepaste kunst is kunst met een praktisch nut, een functie, zoals gebouwen, meubels, kleding, drukwerk en degelijke. Toegepaste kunst wordt ook wel gebruikskunst, decoratieve kunst of kunstnijverheid genoemd. Het begrip kunstnijverheid heeft met name betrekking tot ambachtskunst, zoals houtbewerken, boekbinden, keramiek en edelsmeden. Tot de Renaissance werd er geen onderscheid gemaakt tussen de ‘schone kunsten’ en de ‘toegepaste kunsten’. Gedurende de middeleeuwen was er geen verschil tussen kunstenaar en ambachtsman. Tijdens de Renaissance kwam dit onderscheid er steeds meer. Kunstenaars begonnen zich boven de ambachtslieden te plaatsen en streefden naar dezelfde status als die van een wetenschapper of filosoof. Mede door de opkomst van de fabrieksproductie kwam de echte scheiding pas in de achttiende en negentiende eeuw. Tot toegepaste kunsten worden gerekend: - architectuur - industriële vormgeving - interieurontwerp - grafische vormgeving - fotografie - modeontwerp – edelsmeedkunst. Bekende stromingen van toegepaste kunst zijn Jugendstil c.q. Art Nouveau, Art Deco en Bauhaus.
© Wallpaper, The Original Morris & Co - TemperaTempera is een verfsoort waarbij eidooier, honing of lijm als bindmiddel gebruikt wordt. Deze verfsoort werd vooral in de 14e tot begin 16e eeuw veel gebruikt, maar werd daarna vervangen door olieverf. Tempera is vrij lastig in het gebruik. Het droogt snel en kan in natte vorm niet lang bewaard blijven, omdat het dan snel bederft. Ook is de verf niet transparant en kan het niet gemakkelijk gemengd worden. Eenmaal gedroogd is de verf niet meer oplosbaar in water. Kleurtonen worden verkregen door het plaatsen van arceringen, wat het werken met tempera erg arbeidsintensief maakt. Daarnaast is de verf erg dof. Om het meer glans te geven, wordt er een waslaag of vernis op aangebracht.
© Detail van Fra Angelico, Museo Nacional del Prado, Madrid - ToetsMet de toets wordt de manier bedoeld waarop de kwast of het penseel op het doek is geplaatst. Het handschrift van de kunstenaar is hier goed aan te herkennen. De toets kan breed, dik, grof, fijn, langzaam of snel zijn. Kunstenaars met een dunne toets schilderen meestal realistischer en meer gedetailleerd dan schilders met een dikke toets.
© Rembrandt van Rijn, Rijksmuseum Amsterdam
- Toegepaste kunstToegepaste kunst is kunst met een praktisch nut, een functie, zoals gebouwen, meubels, kleding, drukwerk en degelijke. Toegepaste kunst wordt ook wel gebruikskunst, decoratieve kunst of kunstnijverheid genoemd. Het begrip kunstnijverheid heeft met name betrekking tot ambachtskunst, zoals houtbewerken, boekbinden, keramiek en edelsmeden. Tot de Renaissance werd er geen onderscheid gemaakt tussen de ‘schone kunsten’ en de ‘toegepaste kunsten’. Gedurende de middeleeuwen was er geen verschil tussen kunstenaar en ambachtsman. Tijdens de Renaissance kwam dit onderscheid er steeds meer. Kunstenaars begonnen zich boven de ambachtslieden te plaatsen en streefden naar dezelfde status als die van een wetenschapper of filosoof. Mede door de opkomst van de fabrieksproductie kwam de echte scheiding pas in de achttiende en negentiende eeuw. Tot toegepaste kunsten worden gerekend: - architectuur - industriële vormgeving - interieurontwerp - grafische vormgeving - fotografie - modeontwerp – edelsmeedkunst. Bekende stromingen van toegepaste kunst zijn Jugendstil c.q. Art Nouveau, Art Deco en Bauhaus.
- U
- UnicumMeervoud: unica. Een kunstwerk waarvan maar 1 exemplaar bestaat.
© Rijksmuseum
- UnicumMeervoud: unica. Een kunstwerk waarvan maar 1 exemplaar bestaat.
- V
- VanitasstukVanitassymboliek: een speciaal geschilderd stilleven dat is samengesteld uit voorwerpen die op de vergankelijkheid en kwetsbaarheid van dit leven duiden. Bijvoorbeeld een half opgebrande kaars, een schedel, een opengeslagen boek, een zandloper of half vergane bloemen en fruit. Dergelijke stukken worden ook wel ‘memento mori’ genoemd (latijn voor gedenk te sterven).
© Pieter Claesz - VernisVernis is een doorzichtige beschermlaag die wordt aangebracht op een twee- of driedimensionaal voorwerp. Het helpt beschermen tegen vocht, verkleuringen door licht en verkleuring door luchtvervuiling. Daarnaast geeft het extra glans en maakt het de kleuren van het object dieper. Bij oude schilderijen kan het vernis vergelen. In dat geval kan bij restauratie het oude vernis verwijderd worden en vervolgens nieuw vernis worden aangebracht.
© Caesar van Everdingen, Rijksmuseum
- VanitasstukVanitassymboliek: een speciaal geschilderd stilleven dat is samengesteld uit voorwerpen die op de vergankelijkheid en kwetsbaarheid van dit leven duiden. Bijvoorbeeld een half opgebrande kaars, een schedel, een opengeslagen boek, een zandloper of half vergane bloemen en fruit. Dergelijke stukken worden ook wel ‘memento mori’ genoemd (latijn voor gedenk te sterven).
- W
- WasPlastisch materiaal dat een plantaardige, dierlijke (bijenwas) of synthetische oorsprong kan hebben. Was kan zowel bij grafische technieken als bij schildertechnieken gebruikt worden. Om de beeldhouwtechniek wordt was als hulpmiddel bij het bronsgieten toegepast. Het materiaal heeft als eigenschap dat het nooit uithardt en altijd min of meer plastisch blijft.
© Cire Perdue - WaterverfSchildertechniek, waarbij waterverfsoorten met een goed pigment in natte toestand op papier worden verwerkt. Ook al worden meerdere kleuren over elkaar gezet, de ondergrond blijft altijd zichtbaar. Transparantie is dan ook het kenmerk van de aquarel. De kunstenaar moet vlot kunnen werken, omdat de kleuren zich het beste in natte toestand vermengen. Vandaar dat hij vaak de compositie in potlood opzet, om later in te vullen met de aquarelverf. De potloodlijnen worden achteraf uitgegumd. Bij voorkeur gebruikt de kunstenaar speciaal aquarel-papier, dat extra dik is en een wat sponzige structuur heeft. Door deze structuur kan dit papier het vele vocht absorberen dat meekomt met de verfkwast, waardoor het na het drogen niet krom trekt , zoals gladde papiersoorten wel doen. De lijnen in een aquarel zijn mede hierdoor wat grillig van karakter en zeker niet kaarsrecht, hetgeen de schoonheid van de aquarel vaak alleen maar ten goede komt. Als je goed kijkt, zie je soms kleine spatjes verf op het papier die tijdens het werkproces onbedoeld en dus heel spontaan mee gaan werken in het geheel.
© Frans Klerkx
- WasPlastisch materiaal dat een plantaardige, dierlijke (bijenwas) of synthetische oorsprong kan hebben. Was kan zowel bij grafische technieken als bij schildertechnieken gebruikt worden. Om de beeldhouwtechniek wordt was als hulpmiddel bij het bronsgieten toegepast. Het materiaal heeft als eigenschap dat het nooit uithardt en altijd min of meer plastisch blijft.
- X
- XylografieDe houtsnijkunst of xylografie is een grafische techniek, waarbij een houtsnede ontstaat. Hiertoe wordt met speciale gutsen in een zachte houtsoort een tekening uitgegutst. Hierna wordt met een inktroller de drukplaat van zwarte of gekleurde drukinkt voorzien en vervolgens wordt hierover een vel papier krachtig aangedrukt. De afbeelding ontstaat in spiegelbeeld door het hout dat is blijven staan. Dit is een hoogdruktechniek; de uitgekerfde delen worden als uitsparingen zichtbaar in de afdruk.
In de hedendaagse kunst worden nog steeds houtdrukken gemaakt; door moderne plaatmaterialen te gebruiken liggen 'wandvullende' formaten binnen handbereik. Voorbeelden van hedendaagse kunstenaars die de houtsnede beoefenen: Georg Baselitz, Martin Noël en M.C. Escher.
Het kenmerkende verschil tussen een houtsnede en een houtgravure is dat de houtgravure wordt gegraveerd, 'gestoken', in de kopse kant van een hard houten blok, waardoor verfijnde tekening en genuanceerde grijsschakeringen mogelijk zijn, terwijl een houtsnede meestal gegutst wordt in een zachte houten plank, hetgeen meestal grovere afdrukken oplevert met sterker zwart-wit contrast.
© Albrecht Dürer
- XylografieDe houtsnijkunst of xylografie is een grafische techniek, waarbij een houtsnede ontstaat. Hiertoe wordt met speciale gutsen in een zachte houtsoort een tekening uitgegutst. Hierna wordt met een inktroller de drukplaat van zwarte of gekleurde drukinkt voorzien en vervolgens wordt hierover een vel papier krachtig aangedrukt. De afbeelding ontstaat in spiegelbeeld door het hout dat is blijven staan. Dit is een hoogdruktechniek; de uitgekerfde delen worden als uitsparingen zichtbaar in de afdruk.
In de hedendaagse kunst worden nog steeds houtdrukken gemaakt; door moderne plaatmaterialen te gebruiken liggen 'wandvullende' formaten binnen handbereik. Voorbeelden van hedendaagse kunstenaars die de houtsnede beoefenen: Georg Baselitz, Martin Noël en M.C. Escher.
Het kenmerkende verschil tussen een houtsnede en een houtgravure is dat de houtgravure wordt gegraveerd, 'gestoken', in de kopse kant van een hard houten blok, waardoor verfijnde tekening en genuanceerde grijsschakeringen mogelijk zijn, terwijl een houtsnede meestal gegutst wordt in een zachte houten plank, hetgeen meestal grovere afdrukken oplevert met sterker zwart-wit contrast.
- Y
- YoraganGeometrisch gestileerde motieven als bladranken, bloemen en dergelijke in tapijten met een zeer geringe knoopdichtheid en met afmetingen tot wel 8 x 8 meter.
© Persian Carpet Guide
- YoraganGeometrisch gestileerde motieven als bladranken, bloemen en dergelijke in tapijten met een zeer geringe knoopdichtheid en met afmetingen tot wel 8 x 8 meter.
- Z
- ZeefdrukEen doordruk-procédé waarbij gebruik gemaakt wordt van een met een fijnmazige stof bespannen raam (zijde, kunstzijde). De delen die niet uitmaken van de voorstelling, worden met Arabische gom bestreken, waardoor de mazen gedicht worden. Vrij dunne inkt wordt vervolgens door de mazen geperst. Karakteristiek zijn de vrij vlakke kleuren die ‘verhoogd’ op het papier liggen.
© Andy Warhol
- ZeefdrukEen doordruk-procédé waarbij gebruik gemaakt wordt van een met een fijnmazige stof bespannen raam (zijde, kunstzijde). De delen die niet uitmaken van de voorstelling, worden met Arabische gom bestreken, waardoor de mazen gedicht worden. Vrij dunne inkt wordt vervolgens door de mazen geperst. Karakteristiek zijn de vrij vlakke kleuren die ‘verhoogd’ op het papier liggen.
You have no obligation to purchase the product once you know the price. You can simply remove the item from your cart.
You have no obligation to purchase the product once you know the price. You can simply remove the item from your cart.